Wat voor jou het meest geschikte objectief is hangt af van je persoonlijke voorkeur. Wat voor foto’s maak je het liefst? Op grond hiervan kies je voor één of meerdere objectieven. Let zeker op volgende zaken.

1. Brandpuntsafstand

Wat voor lens je nodig hebt, wordt bepaald door het aantal mm vergeleken met de standaardlens. Een digitale reflexcamera verandert de effectieve brandpuntsafstand, met een vergrotingsfactor die varieert van toestel tot toestel. De reden hiervoor is dat de beeldsensor kleiner is dan dat van het 35-mm filmformaat – ook wel full frame genoemd. Enkel de allerduurste en professionele reflextoestellen maken gebruik van een full frame sensor.

Een voorbeeld verduidelijkt veel: een foto genomen met een 50mm brandpunt op een digitale camera met cropfactor 1,6 zal dezelfde vergroting opleveren als een 80mm bij traditionele 35mm film (50 x 1,6 =80). Je zal dus wat meer ‘tele’ hebben en minder groothoek.

Doorgaans worden objectieven in de volgende 4 categorieën ingedeeld. De onderstaande brandpuntsafstanden (mm) zijn gebaseerd op cropcamera’s. Bepaalde zoomlenzen vallen uiteraard in verschillende categorieën.

  • Standaardlens (30-200 mm)
    Met een standaardobjectief kan je makkelijk uit de voeten bij een hele reeks van fotomomenten zoals portretten, interieur en landschappen.
  • Groothoeklens (minder dan 28 mm)
    Groothoekobjectieven hebben een grote beeldhoek, hierdoor zie je meer van de omgeving dan je met je ogen waar kan nemen. Ze zijn dan ook erg geschikt voor het fotograferen van landschappen en interieur. Speciale objectieven zijn de ultra-groothoeklens (10-20 mm), de fisheye-lens (minder dan 15mm) en de tilt-shift lens, een gespecialiseerde lens voor het fotograferen van gebouwen, zowel binnen als buiten. De lijnen blijven parallel lopen en tonen geen vertekening.
  • Telelens (groter dan 200 mm)
    Is de waarde veel groter dan 50mm, dan is het een telelens. Dit objectief bezit een kleine beeldhoek, waardoor het onderwerp vergroot in beeld komt en dus dichterbij lijkt. Ideaal om dieren en sport te fotograferen, als men verder van het onderwerp staat.
  • Macrolens
    Met dit objectief kan je mooie en grote detailopnamen maken van onderwerpen zoals insecten, planten, en andere kleine objecten. Vaak spreekt men van een vergrotingsfactor 1:1, 1:3 of 1:10. Bij een lens met een factor 1:1 (het minimum om van een echte macrolens te spreken) zal het geprojecteerde beeld van het onderwerp op de beeldsensor even groot zijn als het onderwerp. Een beeld van een 20mm insect zal 20mm op de beeldsensor innemen. Een macrolens met factor 1:3 zal een onderwerp van 1mm vergroten tot 3mm.

2. Snelheid van de lens

Bij aanschaf van je lens is het belangrijk te weten welke lichtsterkte er op de lens staat. Dit wordt aangegeven met de f-waarde. Hoe kleiner deze f-waarde, hoe groter de diafragmaopening. Dit getal wordt altijd vermeld bij de specificaties van het objectief. Een lens met f/1.4 bijvoorbeeld is bijzonder lichtsterk.

3. Prime of zoom

Objectieven komen voor in twee varianten: met een vaste brandpuntsafstand (prime lens genoemd) of als zoomlens. De brandpuntsafstand wordt uitgedrukt in millimeter (mm).

Met een zoomlens kan je in- en uitzoomen tussen de minimum en de maximum waarde (in mm) die de lens ondersteunt. Een ander voordeel van zoomlenzen is dat je niet zo vaak van lens moet wisselen en minder kans hebt op stof op de sensor. Een nadeel is dat zoomlenzen vanwege hun constructie minder licht doorlaten dan prime-lenzen. Bovendien bevat een zoomlens meestal twee f-waarden: bij het imzoomen zal je wat aan licht verliezen. Duurdere zoomlenzen hebben een f-waarde die constant blijft over het hele zoombereik.

Voor een prime lens is het daarom iets goedkoper om een lichtsterk exemplaar op de kop tikken.

4. Extra’s

Er zijn ook objectieven met een beeldstabilisator, dit kan je herkennen aan de term IS of VR. Deze functie voorkomt dat je foto’s mislukken door bewegingen van de camera.

Je kan ook gebruik maken van speciale filters om de kwaliteit van je foto’s te verbeteren. Zo zijn er polarisatie-filters die hinderlijke reflecties weg kunnen nemen en zorgen voor een natuurlijke kleurweergave. Je hebt de keuze tussen een reeks speciale filters zoals soft-focus-filters en kleurcorrectie-filters.

Je kan ook opteren voor het gebruik van een zonnekap, zo kan je ongewenste lichtinval reduceren of voorkomen. Bij de specificaties van het objectief kan je lezen welke zonnekap geschikt is.

Reageer